Er is geen schepping op aarde zo bescheiden en tegelijk zo
wonderbaarlijk als het gezin. Het is de wieg van de beschaving, de bron van
deugd en de arena waar de mens zijn eerste strijd tegen egoïsme en ongeduld
leert voeren. Wie het gezin minacht, minacht de beschaving zelf. Wie het
ontkent, ontkent de eerste en heiligste waarheid: dat geen mens zichzelf heeft
geschapen en dat iedere koning ooit een kind aan moeders borst was.
Toch leven wij in een tijd waarin het gezin zijn natuurlijke
positie onder vuur ziet liggen. Dat heeft naast allerlei andere zaken ook met
iets schijnbaar onschuldigs: een klein, lichtgevend scherm dat in bijna elke
zak huist. De smartphone, en met haar de nimmer rustende stroom van sociale
media, heeft de gezinskring niet met geweld doorbroken, maar met fluisteringen
en afleidingen. Het is geen aanval met donder en bliksem, maar met
stilzwijgende afzondering.
G.K.Chesterton schreef ooit dat “het
huis het enige wilde avontuur is dat nog overblijft.” Het gezin is de plaats
waar men leert lief te hebben zonder voorwaarden, ruzie te maken zonder
vijandschap en te vergeven zonder schuldbekentenis. Hier word je niet
beoordeeld op prestaties, niet beloond om je uiterlijk en niet afgewezen om je
fouten. Althans, zo zou het moeten zijn. In een gezin leert je om samen te
leven met mensen die je niet zelf heeft gekozen, en dat is de eerste stap naar
beschaving.
Het moderne gevaar schuilt in de subtiele ontwrichting van
deze natuurlijke band. Waar het gezin ooit bijeenkwam om samen te eten, te
praten of zelfs ruzie te maken, daar zitten nu vaak vier of vijf lichamen in
dezelfde kamer, elk verzonken in hun eigen digitale universum. De blik is naar
beneden gericht, de gedachten zijn elders, en de geest is verspreid over
duizend onbeduidende indrukken.
De ironie van sociale media is dat ze, terwijl ze ons
zogenaamd met elkaar verbinden, ons tegelijkertijd eenzaam maken, hetgeen het
tegendeel is van sociaal. Vroeger speelde de jeugd op straat, bouwde hutten en
schreeuwde hun longen uit hun lijf in vermaak dat aan hun fantasie ontsproten
was. Vandaag zijn de jongeren en hun jongere broertjes en zusjes stille
schimmen achter hun schermen, scrolt hun duim sneller dan hun hart kan kloppen,
raken ze steeds minder gewend aan het ongemak van echt menselijk contact en hun
eigen fantasie wordt niet meer uitgedaagd.
Het gezin zou de plek moeten zijn waar deze digitale mist
optrekt. Maar in plaats daarvan zijn vaak ook de ouders gevangen in hetzelfde
web. Hoe kan een vader zijn zoon leren luisteren als hij zelf zijn telefoon
niet neerlegt? Hoe kan een moeder haar dochter het belang van echte vriendschap
bijbrengen als zijzelf meer tijd besteedt aan online berichten dan aan haar
eigen gezin?
Er is geen wet nodig om het gezin te redden; nee, geen overheidswet
met sancties, geen commissie van wijze heren, ook geen protocol. Het enige wat
nodig is, is een eenvoudige daad van opstand: leg de telefoon neer. Kijk je
kind in de ogen. Lees samen een boek. Speel een spel. Leer de kunst van het
samenzijn opnieuw ontdekken.
De beschaving wordt niet gered door algoritmes, maar door
vaders die hun dochters leren dansen in de woonkamer. Niet door trends op
sociale media, maar door moeders die hun zonen leren hoe men zich oprecht
verontschuldigt. Niet door influencers en online beroemdheden, maar door
grootouders die verhalen vertellen over een wereld zonder schermen – een wereld
waarin mensen elkaar écht zagen.
De technologie is een goede dienaar, maar een
verschrikkelijke meester. Laat de smartphone bij de voordeur liggen en ga naar
binnen het als een mens, niet als een schim. Want als het gezin zwak is,
wankelt de samenleving. Maar als het gezin sterk is, dan kan geen scherm, geen
algoritme en geen enkele macht ter wereld de beschaving breken.
Week van het gezin, mei 2025
+Rob Mutsaerts