Een kwaadaardige oekaze van paus Franciscus

Paus Franciscus propageert synodaliteit: iedereen moet mee kunnen praten, iedereen moet gehoord worden. Daar was weinig sprake van bij zijn onlangs gepubliceerde motu proprio Traditionis Custodes, een oekaze die per direct een einde moet maken aan de traditionele Latijnse Mis. Daarmee zet Franciscus een dikke vette streep door Summorum Pontificum, het motu proprio van paus Benedictus dat ruim baan gaf aan de oude mis. Dat Franciscus hier naar het machtswoord grijpt zonder enig overleg geeft aan dat hij aan gezag inboet. Dat bleek al eerder toen de Duitse Bisschoppenconferentie zich niets gelegen liet aan de adviezen van de paus betreffende het synodaliteitsproces. Hetzelfde deed zich voor in de Verenigde Staten waarin paus Franciscus de Bisschoppenconferentie opriep geen document voor te bereiden over waardig communiceren. Dan maar geen advies, maar een dwangbevel moet de paus gedacht hebben nu het over de traditionele mis gaat.

Het taalgebruik lijkt wel heel erg op een oorlogsverklaring. Elke paus sinds Paulus VI heeft altijd openingen gelaten voor de oude mis. Als er al wijzigingen aangebracht werden, betrof het minieme herzieningen, zie bijvoorbeeld de indulten van 1984 en 1989. Johannes Paulus II meende stellig dat bisschoppen genereus moeten zijn in het toestaan van de Tridentijnse mis. Benedictus heeft de deur zelfs wijd opengezet middels Summorum Pontificum: “Wat toen heilig was, is het nu nog”.

Franciscus slaat de deur middels Traditionis Custodes keihard dicht. Het voelt als verraad en is een klap in het gezicht van zijn voorgangers. De Kerk heeft overigens nooit liturgieën afgeschaft. Ook Trente niet. Franciscus breekt volledig met deze traditie. Het motu proprio bevat kort en krachtig enkele stellingen en bevelen. Middels een bijgaande langere verklaring wordt e.e.a. nader geëxpliciteerd. Deze verklaring bevat nogal wat feitelijke onjuistheden. Een daarvan is de bewering dat wat Paulus VI deed na Vaticanum II hetzelfde zou zijn als wat Pius V deed na Trente. Dit is volstrekt bezijden de waarheid. Vergeet niet dat vóór die tijd er diverse (overgeschreven) handschriften circuleerden en her en der lokale liturgieën ontstaan waren. Het was een warboel.

Trente wilde de liturgieën herstellen, onjuistheden verwijderen en controleren op orthodoxie. Het ging Trente er niet om de liturgie te herschrijven, ook niet om nieuwe toevoegingen, nieuwe eucharistische gebeden, een nieuw lectionarium of nieuwe kalender. Het ging louter om ononderbroken organische continuïteit te waarborgen. Het missaal van 1517 greep terug op het missaal van 1474 enzovoort terug tot de 4e eeuw. Er was continuïteit vanaf de 4e eeuw. Ook ná de 15e eeuw is er vier eeuwen continuïteit. Er werden van tijd tot tijd hooguit enkele kleine wijzigingen aangebracht of een toevoeging van een feest, gedachtenis of rubriek.

Vaticanum II vroeg blijkens conciliedocument Sacrosanctum Concilium om liturgische hervormingen. Welbeschouwd is dit een conservatief document. Het Latijn werd gehandhaafd, Gregoriaanse gezangen behielden hun legitieme plaats in de liturgie. De ontwikkelingen die volgden op Vaticanum II staan echter ver af van de conciliedocumenten. De beruchte ‘geest van het concilie’ is nergens terug te vinden in de concilieteksten zelf. Slechts 17% van de gebeden van het oude missaal (Trente) vinden we terug in het nieuwe missaal (Paulus VI). Dan kun je moeilijk nog spreken van continuïteit van een organische ontwikkeling. Benedictus heeft dit onderkend en om die reden ruim baan gegeven aan de Oude mis. Hij heeft zelfs gezegd dat niemand zijn toestemming nodig had (“Wat toen heilig was, is het nu nog”).

Paus Franciscus doet nu net of zijn motu proprio in de organische ontwikkeling van de kerk staat, hetgeen volstrekt de werkelijkheid weerspreekt. Door de Latijnse mis praktisch onmogelijk te maken, breekt hij finaal met de eeuwenoude liturgische traditie van de R.K.Kerk. Liturgie is geen speeltje van pausen, maar is erfgoed van de Kerk. De Oude mis gaat niet over nostalgie of smaak. De paus dient de bewaker te zijn van de Traditie; de paus is de tuinman, niet de fabrikant. Het kerkelijk recht is niet louter een kwestie van positief recht, er is ook nog zoiets als het natuurrechte en goddelijk recht, en bovendien bestaat er zoiets als Traditie die niet zomaar terzijde geschoven kan worden.

Wat paus Franciscus doet heeft niets te maken met evangelisatie en nog minder met barmhartigheid. Het heeft meer weg van ideologie. Ga eens naar een parochie waar de Oude mis gecelebreerd wordt. Wat kom je daar tegen: mensen die gewoon katholiek willen zijn. Dat zijn over het algemeen geen mensen die zich bezighouden met theologische disputen, ze zijn ook niet tegen Vaticanum II (wel tegen de implementatie ervan). Ze houden van de Latijnse mis vanwege de heiligheid ervan, de transcendentie, het zielenheil dat centraal staat, de waardigheid van de liturgie. Je komt er grote gezinnen tegen, mensen voelen zich welkom. Het wordt maar op een klein aantal plaatsen gevierd. Waarom wil de paus mensen dit ontzeggen? Ik kom terug op wat ik eerder zei: het is ideologie. Het is Vaticanum II inclusief de implementatie ervan met al haar aberraties, óf niks! Het relatief kleine aantal gelovigen (dat overigens groeiende is, terwijl de novus ordo instort) dat zich thuisvoelt bij de traditionele mis moet en zal uitgebannen worden. Dat is ideologie en kwaadaardigheid.

Als je werkelijk wilt evangeliseren, werkelijk barmhartigheid wilt betonen, katholieke gezinnen wilt steunen, dan houd je de Tridentijnse mis in ere. De Oude mis mag met ingang van heden niet meer gevierd worden in parochiekerken (waar dan wel?), je hebt nadrukkelijk toestemming nodig van je bisschop, die het slechts op bepaalde dagen mag toestaan, en voor degenen die in de toekomst gewijd worden en de oude mis willen celebreren moet de bisschop advies vragen aan Rome. Hoe dictatoriaal, hoe onpastoraal, hoe onbarmhartig wil je het hebben!

Franciscus noemt in art. 1 van zijn motu proprio de novus ordo (de huidige mis) “de unieke uitdrukking van de Lex Orandi van de Romeinse Ritus”. Hij maakt derhalve geen onderscheid meer tussen de Gewone Vorm (Paulus VI) en de Buitengewone Vorm (Tridentijnse mis). Er is altijd gezegd dat beiden uitdrukking zijn van de Lex Orandi, dus niet alleen de Novus ordo. Nogmaals, de oude mis is nooit afgeschaft! Over de vele liturgische misbruiken die her en der bestaan in talloze parochies hoor ik Bergolio nooit. In parochies is alles mogelijk, behalve de Tridentijnse mis. Alle wapens worden in de strijd gegooid om de Oude mis uit te bannen. Waarom? In Godsnaam waarom? Wat is toch die obsessie van Franciscus om die kleine groep traditionelen te willen ausradieren. De paus dient de bewaker te zijn van de traditie; niet de gevangenisbewaker van de traditie. Terwijl Amoris Laetitia uitblonk in vaagheden, is Traditionis Custodes een volstrekt heldere oorlogsverklaring.

Ik vermoed dat Franciscus met dit Motu Proprio in eigen voet schiet. Voor de  broederschap Pius X zal het goed nieuws blijken te zijn. Zij zullen nooit kunnen hebben vermoeden dat zij dit te danken hebben aan paus Franciscus…..

+Rob Mutsaerts

Can they suffer?

Het adagium van veel dierenactivisten is afkomstig van de Britse filosoof Jeremy Bentham:

The question is not Can they reason? nor Can they talk? but Can they suffer?’

Bentham sprak hier over het dier. Interessant is zijn beweegreden:

Het zal ooit erkend worden dat het aantal poten of het hebben van een staart, onvoldoende redenen zijn om een sensitief wezen aan zijn lot over te laten. Waar moeten we de grens tussen mens en dier leggen? Is dit het vermogen om logisch na te denken of om te spreken? Een volwassen paard of hond is met zekerheid een meer rationeel wezen, en zelfs meer een interactief wezen, dan een baby van een dag, een week of zelfs een maand oud. Maar stel eens dat het anders zou zijn: wat doet het ertoe, de vraag is immers niet kunnen ze logisch redeneren?en ook niet kunnen ze praten?, maar: kunnen ze lijden’”

Waar het in het Engeland van de 18e eeuw vanzelfsprekend was dat babys en gehandicapten rechten uit zichzelvehadden, was het dat voor een dier niet. Maar wát is het dan dat het dier een rechtspositie geeft, wil het niet overgeleverd zijn aan de willekeur van zijn eigenaar? Niet het vermogen te denken, of te praten, maar te lijden, volgens Bentham. Zijn denken is in later tijden overgenomen. Met een perverse omdraaiing tot gevolg.

In Nederland is het voorkomen van dierenleed wettelijk geregeld. Voor dierproeven hebben we de wet op de Dierproeven (1977): Een dierproef wordt onder algehele of plaatselijke verdoving uitgevoerd (art 13). Voor het slachten van dieren hebben we de Europese Verordeningen (1993, 2009) die regelen dat bij het doden van dieren ervoor moet worden gezorgd dat de dieren elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden wordt bespaard (art 1). En dan hebben we de Wet Dieren (2011) die de intrinsieke waarde van het dier erkent (art 1.3). Onder intrinsieke waarde wordt in deze wet verstaan: de eigen waarde van dieren, zijnde wezens met gevoel. Inbreuk op de integriteit of het welzijn van dieren, verder dan redelijkerwijs noodzakelijk, moet worden voorkomen.

Geen van deze rechten komt toe aan het ongeboren kind. En dat is ongerijmd. Niet zozeer omdat het ongeboren kind een menselijke persoon is. Dat is het niet in ons land. Een menselijke persoon (een mens) heeft rechten uit zichzelve, die hem door niemand verleend of gegund hoeven te worden en niet afhankelijk zijn omstandigheden, of van percepties van derden. Door personhoodontstaan mensenrechten en wordt de mens van object tot subject. Denk aan de zwartste bladzijden uit onze historie: slaven (slavernij, tot 1863), of gehandicapten (eugenetische periode, tot in de jaren 50).

Personhoodheeft het ongeboren kind niet. Daar gaat het nu niet om. Het is niet dáárom dat het ongerijmd is dat we een intrinsieke waarde toekennen aan het slacht- of proefdier, en niet aan de foetus. Wel hierom: can it suffer?

Ik ben van mening het ongeboren kind vanaf de conceptie de status van menselijke persoon heeft en God de eigenaar van het leven is. Maar als we, als gedachtenoefening, de foetus eens even beschouwen als het eigendom van de vrouw, als een deel van haar lichaam waarover zij vrijelijk kan beschikken. Voor dat gezichtspunt geeft de huidige praktijk een goede reden. Al stelt de Wet WAZ een paar beperkingen aan het eigendom, in de praktijk is zij het inderdaad die beschikt.

Alle geinterviewde abortuszorgverleners benadrukken dat het aan de vrouw is te beoordelen of zij zich in een noodsituatie bevindt”, stelt de Evaluatie WAZ 2020. Dat spoort met de geregistreerde motieven van vrouwen om voor abortus te kiezen , die zijn schrikbarend vaak relationeel of economisch.

Wordt dát pro choice-perspectief gekozen, dán is het verschil met het dier pas ongerijmd. Want: kan het lijden? De Bentham-regel, met zn nadruk op pijn, betekent dat de (filosofische) vragen over de status van de foetus even kunnen worden overgeslagen. Het doet er even niet toe of de foetus op een gegeven moment een zelfstandige bloedgroep heeft, een unieke, individuele biografie heeft (DNA), een eigen hartslag, een eigen geslacht (wellicht met penis, zijn moeder in ieder geval niet), een eigen interactie met zijn omgeving of een eigen herkenbaarheid heeft (wellicht per echo). De duck-testdoet er even niet toe. Evenmin dat de foetus een autonoom en complex gestuurd geheel van biologische en geestelijke tot in de perfectie samenwerkende systemen is, alles op één doel afgestemd (uitgroei), een exclusief doel ook: het kan tot niets anders worden dan alleen tot volgroeid mens. En tot slot separaat is: als je hem zou kunnen transplanteren, zou hetzelfde kind uit een andere vrouw komen. Al dit even niet. Ook de vraag naar de ziel kan worden overgeslagen. Het is of/of: óf een te verwelkomen kind, óf - dat kan ook - een te verdelgen parasiet, maar nooit een orgaan: het is nooit of te nimmer iets zonder zelfstandige entiteit, nooit wezenloos.

Het is het eeuwige stoeien van de politiek correcte meerderheid: met welk woordgebruik dit alles in hemelsnaam moreel te legitimeren zonder in het eigen roestige mes te lopen. Wat natuurlijk niet kan. Met tal van voorbeelden van totale tegenspraak als gevolg. Een voorbeeld. De Burgerlijke Stand, waarin je een geaborteerd kind (na spijt, of met complexer motief) alsnog als overleden menselijke persoon kunt inschrijven. Ander voorbeeld. De Aborteurs-vereniging, die schrijft: Als een zwangerschap van 18-24 weken wordt beëindigd door rijping van de baarmoederhals en stimulatie van weeën kan het voorkomen dat een kind levend ter wereld komt”.

Dit alles terzijde en terug naar de gedachtenoefening. De hamvraag was: heeft het ongeborene een eigen, zelfstandige ervaring van lijden? Ook als het geen mens is, maar een object in vol eigendom van de vrouw. Recent zijn uit verschillende hoek twee wetenschappelijke artikelen verschenen, van gereputeerde onderzoekers waarvan de belangrijkste in ieder geval allesbehalve van vooringenomenheid kan worden verdacht. Er is nu een conclusie. Voorheen moesten we het doen met de (zeer bekende) standpunt van Hoogleraar Kindergeneeskunde K. Moseley Er is een overweldigende hoeveelheid aanwijzingen dat de een eerste trimster-foetus pijn kan ervaren. Het tegenbewijs moet dan geleverd worden door degenen die het tegenovergestelde beweren”.

Welnu, er is nu positief bewijs!

Het eerste artikel verscheen in 2020 in het gerenommeerde Journal of Medical Ethics (2020): Reconsidering Fetal Pain, van S.W.G. Derbyshire  en J.C. Bockmann. Het interessante is hier dat de Britse professor pijnexpertStuart Derbyshire een voorstander is van abortus. Hij is zelfs adviseur geweest van Planned Parenthood en had eerder vastgesteld dat ongeboren kinderen pas met 24 weken pijn voelen. Hij is – puur op voortschrijdend wetenschappelijk inzicht - teruggekomen op zijn standpunt.

Het tweede artikel is van het American College of Pediatricians en verscheen in januari 2021: Fetal Pain: What is the Scientific Evidence?” 200 kinderartsen publiceerden een gezamenlijke position paper, waarin na uitgebreid onderzoek precies dezelfde conclusie werd getrokken:

 ‘DE FOETUS KAN VANAF DE 12E WEEK PIJN VOELEN. We hebben de Silent Scream niet meer nodig! De profetische film uit 1984 waarop Bernard Nathanson middels een echo vastlegde hoe een 12 weken oude foetus de curettage-tang probeert te ontwijken en zijn mond opent op het moment dat die hem grijpt. We konden jarenlang alleen naar deze film verwijzen om te betogen dat abortus gewelddadig is. Kon Nathanson vroeger nog worden geframed, de wetenschappers die nu spreken, kunnen dat niet. We kunnen pijn inzetten in de verdediging van het leven, zonder dat eenvoudig het weggewuifd wordt. Klompen cellen voelen niet. Dit is écht nieuw. Pijnexpert professor Derbyshire, de auteur van het tweede artikel, schreef in 2008 nog dat pijnvóór de 24e week irrelevant is bij abortus. Hij heeft daar nog een verklaring over afgegeven tegenover het Britse Parlement bij de aanpassing van de abortuswet. Twaalf jaar later maakt hij een moedige ommekeer, op puur wetenschappelijke gronden.

Wat betekent dit? Ten eerste openbaren de onderzoeken een dubbele moraal in de medische praktijk. Bij prenatale chirurgie wordt verdoving immers wel gewoon toegepast. Ten tweede vinden we hierin eindelijk een waarde die voor- en tegenstanders van abortus gemeenschappelijk hebben. Pijn lijden doordat een foetus onverdoofd (eerst) zijn ledematen worden afgeknipt, is dermate ziekmakende gedachte, dat die ook iedere verlichte humanist met afkeer zal vervullen, welke visie hij op de status van het embryo ook heeft. En dáár ligt onze kans. De beschermwaardigheid van het embryo als menselijke persoon vanaf de conceptie beargumenteren stuitte altijd af op het onderliggende mensbeeld (dat weer een afgeleide is van het dááronder liggende Godsbeeld). Maar dat is nu voorbij. We kunnen nu iedere maatschappelijk betrokkene op zijn humanistieke ethiek aanspreken. Met alle kans op succes. Hun eerste stap op weg naar de volle aanvaarding van het Evangelie van het Leven. Wie weet, liggen er hierdoor ook juridische wegen open. Daar moet over worden nagedacht.

Het is dus zaaks aan te sluiten op het denkkader van degenen die op zich voorstander van abortus zijn, maar de humaniteit o zo hoog hebben. Dat doet D66. Kon die partij zeer recent nog twee voor ons tegenstrijdige zaken verenigen – ik doel hier op: het voor de afschaffing van de abortus-bedenktijd pleiten en gelijktijdig de invoering van een bedenktijd voor huisdierkopers propageren – nu kan zij dat niet meer. Door pijnwordt de kwestie intrinsiek, de getallen spelen geen rol. Of er nu twee of tien paarden in de Groningse overstroomde polder klem zitten, of er nu één of tien vogeltjes de Domino day-blokjes om dreigen te vliegen: het is het individuele dier dat een intrinsieke waarde heeft. Eindelijk zijn de aantallen van tafel, dit is niet meer utalitair. We kunnen hun jargonspreken. Eindelijk is er een gemeenschappelijke waarde van waaruit we samen verder kunnen: het humane.

Daarom: kleine aantallen. Volgens de NPV, altijd grondig, die de WAZ-registratiecijfers heeft geanalyseerd, vinden er jaarlijks 2.500 abortussen plaats van foetussen met een leeftijd van 18 weken of ouder. Dat is ruwweg één kind per kliniek per dag! Dat spreekt tot de verbeelding. We hebben het over een foetus van een 20 centimeter, een 2,5 ons, alle organen zijn verbonden, er komt niets meer bij. Het heeft een gezichtsuitdrukking, ogen open-dicht, het geslacht is te zien, het heeft vingerafdrukken en …. het voelt pijn als het uit elkaar gerukt wordt. Veel zou mogelijk moeten zijn - we kunnen so to speak verwachten dat D66 leden met ons mee gaan demonstreren voor die ene per dag. Maar dan moeten we in deze discussie één ding niet – althans niet te snel - doen: hen het recht op abortus ontzeggen. Het is anesthesie waarop we eerst moeten inzetten. Pijnverdoving. Niet als einddoel natuurlijk, dat is hun volledige bekering tot het Evangelie van het Leven. Maar dit kan hun wake-up zijn. Wellicht zijn er zelfs wegen om dit juridisch te bevechten.

Mogelijk ben ik te optimistisch en heeft dit gezamenlijk optrekken met D66 geen kans van slagen. Maar dan zal hun afwijzing een donkerbruine ideologie blootleggen. Verdoving zal wel niet nodigzijn, de Wet Dieren-gedachte niet inzetbaar, het is immers geen dier. Nee, geen dier, zelfs geen parasiet. Het is minder dan een parasiet. En dat dát werkelijke gezicht van de pro choice-wereld alsdan eens in al zijn klaarheid getoond wordt, is al winst ben ik bang. Bisschop Athanasius Schneider sprak het profetische woord dat het abortus-gerelateerde coronavaccin nog wel eens een nieuwe pro-life opwekking teweeg kon brengen.  Hij lijkt gelijk te krijgen. Geeft het artikel van Monica Seeley het Silent Scream-effect voor deze generatie? Wordt pijnzon zelfde, tweede wake-up?

Het is nú tijd voor humanistiek. Anesthesie. Per direct. Het kan hun eerste stap naar de volle Waarheid zijn: de personhood van het ongeboren kind. Wie weet wat dan volgt. Een keurmerk wellicht. Het Cruelty free”-keurmerk is er al, voor dierproefvrije cosmetica. Wellicht zijn daar onverdoofde foetussen aan toe te voegen? Voor Maggie en Campbell soep en al die andere shit waarvoor HEK-293 en PER.C6 werd gebruikt. Want die foetussen waren ook iets van 18 weken, en - hoewel ze volgens onze nieuwe vrienden geen menselijke personen zijn - they cán suffer!

 

(Ingezonden)

Een modern gesprek

 Peulvruchten zijn gezond, aldus Tom.

- Ik ken iemand die aan teveel peulvruchten overleden is, antwoordt Sylva.

 

Peulvruchten zijn gezond.

- Schandalig met welke stelligheid jij het belang van fruit negeert.

 

Ik zeg alleen maar dat peulvruchten gezond zijn.

- Daarmee discrimineer je alle mensen die nooit peulvruchten eten.

 

Ik blijf erbij dat peulvruchten gezond zijn.

- Interesseert het jou dan niet dat de zeespiegel stijgt? Waarom hoor ik jou daar niet over? Als je daar niks van zegt, ben je medeschuldig.

 

Ik blijf erbij, peulvruchten zijn belangrijk.

- Je bent ook nog eens een systematisch ontkenner. Al Gore, Bill Gates, Klaus Schwab en Jeffrey Sachs zullen het met mij eens zijn. En misschien de paus ook wel.

 

Peulvruchten zijn gezond.

- Typisch een opmerking van een witte man. Je zit vol met vooroordelen en prerogatieven.

 

En toch zijn peulvruchten gezond.

- Je bent een racist! Heb je er al een seconde bij stilgestaan hoe je mensen die lijden aan peulvruchtintolerantie kwetst met deze harteloze uitspraak?

 

Peulvruchten zijn belangrijk voor de gezondheid.

- Dat is jouw waarheid. Ik zie dat anders.

 

Peulvruchten zijn belangrijk.

- Je bent zeker bang om je witte privileges te verliezen als iedereen gewoon eet wat hij zelf wil.

 

Peulvruchten zijn goed voor je gezondheid, zo herhaal Tom nog maar eens.

- Typisch een uitspraak van jaren ‘50 wetenschap. Dat is al lang achterhaald, witte bevoorrechte nazi!

 

Peulvruchten zijn belangrijk.

- Met zo’n uitspraak kun je rekenen op applaus uit extreemrechtse complotdenkers.

 

Peulvruchten zijn belangrijk.

- Niemand heeft het recht een ander voor te schrijven wat hij moet eten. Bovendien, wie kan bepalen wat gezond is en wat niet? Voor de een kan dat een sinaasappel zijn, voor een ander muntthee. Wordt het niet eens tijd om te breken met dit soort overheersende definities van wat wel en niet peulvruchten zijn? Wat voor jou een peulvrucht is, kan voor een ander best een kiwi zijn.

 

- Peulvruchten zijn gezond. Nou ik ga maar weer eens. Vergeet niet de groeten te doen aan je Woke-vrienden…..

 

Onnozele parochies met hun regenboogvlaggen

“Omdat wij hoop nodig hebben" was de slogan die je met Kerstmis 2020 bij diverse parochies kon tegenkomen. De bedoeling van de boodschap was duidelijk: juist in tijden van Corona heeft de kerk een belangrijke functie, omdat zij iets heeft waar de samenleving dringend behoefte aan heeft. Dergelijke PR wijst op een dieper liggend probleem: de poging van de kerk om haar verlies aan relevantie in de ogen van het publiek tegen te gaan door haar maatschappelijk nut te benadrukken, kan deels worden gezien als een reactie op de schok van de Covid-crisis toen openbare erediensten nog maar nauwelijks toegestaan waren, en de maatschappelijke belangstelling voor het heropenen van kerken beduidend minder was dan die voor het openen van kapsalons of bouwmarkten. Dit utilitaristische argument (de maatschappelijke relevantie) is echter niet sterk. De kerk slaagt er kennelijk niet in aannemelijk te maken wat zij en alleen zij aan de samenleving te bieden heeft. Een kerk die niet veel anders doet dan te voldoen aan het zelfbeeld en de waarden van een seculiere samenleving maakt zichzelf overbodig. Een kerk die zich steeds meer de heersende opvattingen in het publieke discours van de seculiere samenleving eigen maakt in plaats van het traditionele geloof en de morele leer van de kerk te verkondigen, heeft geen bestaansrecht.

Hoe meer de kerk de seculiere opvatting overneemt (een pastoor heeft al eens voorgesteld het kruis te vervangen door de tekst van de Grondwet), hoe meer zij in rechtvaardigingsproblemen komt wanneer zij op bepaalde gebieden erop staat dat voor haar andere regels moeten gelden dan voor de seculiere samenleving. Waarom staat de wijding tot het priesterschap alleen open voor mannen, terwijl het in alle andere beroepen ontoelaatbaar is om kandidaten af te wijzen op grond van hun geslacht? Als paren van hetzelfde geslacht volgens de staatswet kunnen trouwen, waarom geeft de kerk dan niet haar zegen? Dat soort kwesties. Je gooit zelf je vrijheid van godsdienst op deze manier te grabbel.

Het is het dilemma van onze tijd: hoe je identiteit bewaren en tegelijk maatschappelijk relevant zijn. Wanneer parochies regenboogvlaggen op gaan hangen, gaan pleiten voor inclusief taalgebruik en dan ook nog eens de kant van de publieke opinie kiezen wat betreft de kwestie van het zegenen van homoseksuele partnerschappen, in strijd met de kerkelijke leer, is het niet verwonderlijk dat gelovigen die gender- en LGBTQ-ideologie juist vanwege hun geloofsovertuiging kritisch bekijken, zich verraden en bedrogen voelen door hun kerk. Het brengt seculieren niet dichter bij Christus en kerkgetrouwen worden kerkverlaters. Tel uit je winst.

Het wordt helemaal absurd als een pastoor in een preek "racisten (hij doelde op degenen die verzocht hadden de regenboogvlag voor de kerk te verwijderen) oproept de kerk te verlaten". Een dergelijke preek is meer gericht is op applaus van het seculiere publiek dan ingegeven door bezorgdheid om het zielenheil. Hij haalde er - waarschijnlijk tot zijn grote tevredenheid - de krantenkoppen mee. Er is niet veel fantasie voor nodig om je voor te stellen hoe anders de krantenkoppen eruit zouden hebben gezien als een priester in even harde bewoordingen had gepreekt tegen abortus of tegen het homohuwelijk. Barmhartigheid jegens zondaars is blijkbaar alleen populair wanneer het gaat om zonden die de publieke opinie niet eens als zodanig ziet.

Bij dit alles mag natuurlijk niet uit het oog worden verloren dat de pogingen van de kerk om in de ogen van het publiek zo goed mogelijk voor de dag te komen een reden heeft. Dergelijke predikanten delen het geloofsgoed van de kerk niet; hetzelfde geldt voor een niet gering deel van degenen die zich katholiek noemen. Degenen die zo graag maatschappelijk relevant willen zijn en daarbij de identiteit laten varen vergeten echter dat op het moment dat de identiteit volledig onherkenbaar is geworden, ook de relevantie volledig voorbij is. Uiteindelijk heeft niemand behoefte aan een kerk die niets anders doet dan het zelfbeeld en de waarden van een seculiere samenleving in spiritualiteit hullen. Je kunt immers ook zonder een institutionele kerk een kaars voor het raam zetten of aan een stille/witte tocht meedoen om de slachtoffers van de pandemie, slavernij of wat dan ook te herdenken.