“Omdat wij hoop nodig
hebben" was de slogan die je met Kerstmis 2020 bij diverse parochies kon
tegenkomen. De bedoeling van de boodschap was duidelijk: juist in tijden van
Corona heeft de kerk een belangrijke functie, omdat zij iets heeft waar de
samenleving dringend behoefte aan heeft. Dergelijke PR wijst op een dieper
liggend probleem: de poging van de kerk om haar verlies aan relevantie in de
ogen van het publiek tegen te gaan door haar maatschappelijk nut te
benadrukken, kan deels worden gezien als een reactie op de schok van de
Covid-crisis toen openbare erediensten nog maar nauwelijks toegestaan waren, en
de maatschappelijke belangstelling voor het heropenen van kerken beduidend
minder was dan die voor het openen van kapsalons of bouwmarkten. Dit
utilitaristische argument (de maatschappelijke relevantie) is echter niet
sterk. De kerk slaagt er kennelijk niet in aannemelijk te maken wat zij en
alleen zij aan de samenleving te bieden heeft. Een kerk die niet veel anders
doet dan te voldoen aan het zelfbeeld en de waarden van een seculiere
samenleving maakt zichzelf overbodig. Een kerk die zich steeds meer de
heersende opvattingen in het publieke discours van de seculiere samenleving
eigen maakt in plaats van het traditionele geloof en de morele leer van de kerk
te verkondigen, heeft geen bestaansrecht.
Hoe meer de kerk de seculiere opvatting overneemt (een pastoor heeft al eens voorgesteld het kruis te vervangen door de tekst van de Grondwet), hoe meer zij in rechtvaardigingsproblemen komt wanneer zij op bepaalde gebieden erop staat dat voor haar andere regels moeten gelden dan voor de seculiere samenleving. Waarom staat de wijding tot het priesterschap alleen open voor mannen, terwijl het in alle andere beroepen ontoelaatbaar is om kandidaten af te wijzen op grond van hun geslacht? Als paren van hetzelfde geslacht volgens de staatswet kunnen trouwen, waarom geeft de kerk dan niet haar zegen? Dat soort kwesties. Je gooit zelf je vrijheid van godsdienst op deze manier te grabbel.
Het is het dilemma van onze tijd: hoe je identiteit bewaren en tegelijk maatschappelijk relevant zijn. Wanneer parochies regenboogvlaggen op gaan hangen, gaan pleiten voor inclusief taalgebruik en dan ook nog eens de kant van de publieke opinie kiezen wat betreft de kwestie van het zegenen van homoseksuele partnerschappen, in strijd met de kerkelijke leer, is het niet verwonderlijk dat gelovigen die gender- en LGBTQ-ideologie juist vanwege hun geloofsovertuiging kritisch bekijken, zich verraden en bedrogen voelen door hun kerk. Het brengt seculieren niet dichter bij Christus en kerkgetrouwen worden kerkverlaters. Tel uit je winst.
Het wordt helemaal absurd als een pastoor in een preek "racisten (hij doelde op degenen die verzocht hadden de regenboogvlag voor de kerk te verwijderen) oproept de kerk te verlaten". Een dergelijke preek is meer gericht is op applaus van het seculiere publiek dan ingegeven door bezorgdheid om het zielenheil. Hij haalde er - waarschijnlijk tot zijn grote tevredenheid - de krantenkoppen mee. Er is niet veel fantasie voor nodig om je voor te stellen hoe anders de krantenkoppen eruit zouden hebben gezien als een priester in even harde bewoordingen had gepreekt tegen abortus of tegen het homohuwelijk. Barmhartigheid jegens zondaars is blijkbaar alleen populair wanneer het gaat om zonden die de publieke opinie niet eens als zodanig ziet.
Bij dit alles mag natuurlijk niet uit het oog worden verloren dat de pogingen van de kerk om in de ogen van het publiek zo goed mogelijk voor de dag te komen een reden heeft. Dergelijke predikanten delen het geloofsgoed van de kerk niet; hetzelfde geldt voor een niet gering deel van degenen die zich katholiek noemen. Degenen die zo graag maatschappelijk relevant willen zijn en daarbij de identiteit laten varen vergeten echter dat op het moment dat de identiteit volledig onherkenbaar is geworden, ook de relevantie volledig voorbij is. Uiteindelijk heeft niemand behoefte aan een kerk die niets anders doet dan het zelfbeeld en de waarden van een seculiere samenleving in spiritualiteit hullen. Je kunt immers ook zonder een institutionele kerk een kaars voor het raam zetten of aan een stille/witte tocht meedoen om de slachtoffers van de pandemie, slavernij of wat dan ook te herdenken.