Als
er één onderwerp is waarover veel misverstanden zijn, dan is het
wel wat de Kerk leert over seksualteit. Het is waar, ik voel me
enigszins ongemakkelijk bij dit onderwerp. Een celibatair is wellicht
ook niet de meest voor de hand liggende persoon om hierover te
spreken. Van alle christelijke deugden, is seksuele moraal verreweg
de minst populaire. Er is geen ontkomen aan; de katholieke stelregel
luidt: ‘Òf een huwelijk (m+v) met volledige trouw aan je partner,
òf anders totale onthouding’. Zo simpel zit dat. Einde verhaal.
Tja, dat is moeilijk te verkopen in onze tijd. Want totale onthouding
is erg moeilijk en druist tegen onze instincten in en wel zozeer dat
we onszelf nuchter de volgende vraag moet stellen: Heeft de Kerk het
mis met zijn opvatting, of is er iets misgelopen met onze
(geslachts-)instincten zoals die nu zijn?
We
hebben eindeloos te horen gekregen dat het met de seksuele begeerte
precies hetzelfde gesteld is als met iedere andere begeerte die we
hebben en dat het allemaal rozengeur en maneschijn zal zijn als we
maar eens afscheid nemen van die dwaze katholieke moraal die
onthouding predikt en er verder het zwijgen toedoet. De
maatschappijhervormers zeggen dat het seksuele leven een puinhoop is
geworden doordat het verzwegen werd. Maar het is sinds de roemruchte
jaren ‘60 jaar niet verzwegen. Dag in dag uit wordt erover gepraat
en geschreven. De puinhoop is alleen maar groter geworden. Was
verzwijgen het probleem geweest, dan zou openbare discussie de
oplossing zijn geweest. Dat is het dus kennelijk niet.
Volgens
mij is het andersom. Ik denk dat de mensheid het seksuele probleem
oorspronkelijk verzweeg omdat het zo’n puinhoop was. Er ligt niets
beschamends in het feit dat het mensdom zich op een bepaalde manier
voortplant of dat die manier genot verschaft. De Katholieke Kerk zegt
hetzelfde. Het probleem zit niet in de zaak zelf en niet in het
genot. Het huwelijk is in het christendom hoger geroemd dan in enig
andere godsdienst, en de grootste liefdesgedichten ter wereld zijn
veelal door christenen gemaakt. Maar zoals seksualiteit vandaag de
dag beleefd wordt - en dat niet alleen in LGTBQ+kringen - is
alleszins beschamend. Van je eten genieten is niets om je voor te
schamen. Maar het zou alleszins beschamend zijn als er mensen zijn
die eten het belangrijkste in hun leven vinden en als ze hun tijd
doorbrachten met kwijlend en smakkend naar plaatjes van voedsel
kijken. Voor seks geldt hetzelfde.
De
Kerk kent natuurlijk onze toestand en onze zwakheden. God zal ons
niet beoordelen alsof we geen moeilijkheden te overwinnen hebben.
Waar het om gaat is de oprechtheid en de volharding van onze wil om
te overwinnen. Er zijn twee redenen waarom het voor ons zo moeilijk
is te voldoen aan het katholieke standpunt. Ten eerste zijn er de
vele signalen die ons willen aanpraten dat al die passies helemaal
niet ongepast zijn, maar juist heel ‘natuurlijk en gezond’. Bijna
elke roman en elke film associeert het toegeven aan seksuele
verlangens met gezondheid, normaalheid, jeugd, openheid en
opgewektheid. Zoals zo vaak berust zoiets op halve waarheden (dat
seksualiteit op zichzelf niets verkeerds is, is juist). De leugen zit
in de suggestie dat iedere geslachtsdaad waartoe je op een gegeven
moment verleiding voelt eveneens gezond en normaal is. Dit kan –
hoe je het ook bekijkt – niet anders dan onzin zijn. Kijk naar de
gevolgen: afgunst, ziekte, leugens, spanningen, echtbreuk, en al wat
het tegendeel van gezond en opgeruimd is. Het is een gekend gegeven
dat voor geluk altijd een heleboel beheersing nodig is. Je kunt niet
ongeremd eten en drinken en toch gezond blijven. Je kunt niet een
bandeloze leefstijl erop nahouden en toch een goed huwelijk in stand
houden. Je kunt niet over lijken gaan in je jacht op het grote geld
en toch wensen dat iedereen je respecteert. Zo is het ook dat als je
je niet wenst te beheersen aangaande bepaalde verlangens, dan zul je
onvermijdelijk aansturen op verwoesting van je hele leven.
Wat
in de tweede plaats veel mensen weerhoudt van ernstige pogingen
kuisheid na te streven, is de gedachte dat deze christelijke deugd
toch onmogelijk is. En daarom doen ze zelfs maar geen poging. Maar
dat geldt wel voor meer dingen. Denk maar aan volmaakte
naastenliefde. Dat is ook onhaalbaar, maar dat is toch ook geen reden
om je er in het geheel niet om te bekommeren. Met alleen maar
menselijke goede wil lukt dat niet. Je moet dan ook Gods hulp vragen.
En zelfs dan kan het er na lange tijd op lijken dat er geen hulp
komt. Maak je geen zorgen. Vraag na iedere mislukking om vergeving,
krabbel weer overeind en probeer het opnieuw. Het helpt je af van
illusies over jezelf en leert je op God vertrouwen. Je leert er
enerzijds van dat je zelfs in je beste momenten niet op jezelf kan
vertrouwen en anderzijds dat je ook in je slechtste momenten nog niet
hoeft te wanhopen, want mislukkingen worden je vergeven. Fataal is
alleen: met minder dan volmaaktheid genoegen nemen!
En
voor alle duidelijkheid nog even dit: seksualiteit is bepaald niet de
kern van de katholieke moraal. Wie denkt dat de Kerk onkuisheid ziet
als het allergrootste kwaad heeft het helemaal mis. De zonden van het
vlees zijn erg, maar van alle zonden zijn ze de minst erge. De
grootste zonden zijn allemaal puur geestelijk: genoegen scheppen in
andermans schuld en ongelijk, roddel en achterklap, de genoegens van
macht en haat. Want er zijn twee dingen in mij die met elkaar
concurreren : het Dier in mij en de Duivel in mij. De Duivel is de
ergste van de twee. Daarom zou een koude zelfingenomen pedant die
regelmatig ter kerke gaat wel eens dichter bij de hel kunnen zijn dan
een prostituee. Maar je kunt natuurlijk beter geen van tweeën zijn.