Synode over Synodaliteit is geen medicijn, maar symptoom van de ziekte.

Ik heb het gehele eindrapport van de Synode over Synodaliteit doorgelezen. Dat viel niet mee. Ik heb mij 52 bladzijden lang afgevraagd waneer men nu eindelijk terzake zou komen. Het is inmiddels duidelijk waarom niemand van de deelnemers zich tegen dit slotdocument verzet heeft: er staat niets in. Volzinnen, platitudes, wollig taalgebruik en vaagheden tref je er voldoende aan. Het kabbelt van het begin tot het eind zonder dat het gaat bruisen. Met het zielenheil heeft het in ieder geval niets te maken. Degenen die de synode hebben willen kapen om hun liberale plannen door te drukken zien nog openheden en gingen tevreden huiswaarts. Degenen die vreesden voor discontinuïteit met de Traditie zien dat er geen ruimte is gegeven aan die openheden en gingen tevreden huiswaarts.
 
Het is een zinloze exercitie geweest. Drie jaar zijn inmiddels verstreken. Diverse parochies en bisdommen hebben trots aangekondigd voortaan synodaal te werk te gaan. Inmiddels is al wel duidelijk dat er in de feitelijke gang van zaken niets, maar dan ook werkelijk niets veranderd is. Dat kan ook niet anders. Het pakt zelfs negatief uit. Als een leger een generaal aanstelt om te discussiëren over strategie, maar niemand bereid is de veldslag aan te gaan, is het geen wonder dat de vijand terrein wint. Een synode die geen duidelijke doelen heeft (en dat heeft ze niet, want na drie jaar is nog steeds niemand in staat een heldere definitie van synodaliteit te formuleren) en feitelijk geen ander doel heeft dan zichzelf in stand houden (het is een “proces dat niet ophoudt”) is een bureaucratische bezigheid die niets concreets oplevert behalve verwarring. Het is nog een geluk dat de gemiddelde trouwe kerkganger geen weet heeft van deze synode, en van degenen die het aanvankelijk nog enigszins interesseerden zijn de meesten inmiddels afgehaakt.
 
Ik geloof in duidelijke taal en eenvoudige waarheid die voor iedereen kenbaar is middels het gezond verstand. De Synode over Synodaliteit draait evenwel om vage termen als inclusie, luisteren en onderscheiding, zonder dat duidelijk wordt waartoe het zou moeten leiden. De waarheid is niet iets dat ontdekt wordt door eindeloze discussies. Het is iets dat verdedigd, beleefd en verkondigd moet worden. Maar dat is niet aan de orde geweest. Het zijn de progressieve krachten binnen de synode geweest die bewust ambiguïteit hebben gebruikt om verandering door te duwen zonder die expliciet te benoemen. Gelukkig zijn ze daar niet in geslaagd. De heilige Geest bestaat ook nog. Het polsen van meningen van de wereld om daar vervolgens op in te spelen speelt de Kerk al sinds de jaren ‘60 parten. De wereld mag dan wel voortdurend veranderen, maar de waarheid is eeuwig. De Kerk die zich richt naar de tijdgeest zal het niet anders vergaan dan de tijdgeest zelf.
 
Deze synode is gebaseerd op het idee dat de Kerk moet luisteren naar de gelovigen om samen naar de wil van God te zoeken. Paus Franciscus mag dan wel keer op keer roepen dat de synode geen parlement is, maar ondertussen hanteert hij wel de parlementaire methode. Deze ambiguïteit is inmiddels het handelskenmerk van deze paus. Maar stemmen over de goddelijke openbaring is net zo onzinnig als stemmen over de zwaartekracht. Je kunt stemmen wat je wilt, de zwaartekracht verandert er niet door. De synode wekt de indruk dat de leer van de Kerk gevormd wordt door consensus, door een opiniepeiling uitgevoerd op een zorgvuldig samengesteld deelnemersveld.
 
Ik houd van de gewone katholiek, de eenvoudige gelovige die trouw zijn geloof beleeft, die bidt, die naar de mis gaat, en die probeert te leven naar het voorbeeld van Jezus. De synode werd evenwel vooral geleid door theologen, bureaucraten, progressieve activisten en bisschoppen met een agenda. De geschiedenis van de Kerk laat zien dat de Kerk niet gered wordt door de elite, maar door de geloofstrouw van de gewone gelovige. Die verlangt duidelijkheid over geloofskwesties en morele kwesties en zit niet te wachten op verwarring en eindeloze discussies vanuit de loopgraven.
 
Mijn grootste zorg is dat de Synode over Synodaliteit een teken is van een kerk die bang is om haar eigen geloof uit te spreken. Jezus vroeg niet aan zijn leerlingen om te luisteren naar de wereld om deze vervolgens te pleasen, maar om de wereld te bekeren. De Synode was meer bezig met dialoog dan met evangelisatie, meer met inclusiviteit dan met waarheid, en was meer bekommerd hoe ze door de seculiere wereld werd gezien dan hoe ze God kan dienen. Deze synode is niet het medicijn voor de crisis van de Kerk, maar juist een symptoom ervan.
 
Het is zoals het zo vaak is gegaan in de geschiedenis van de R.K.Kerk: de vijanden van de Kerk zijn niet degenen die haar openlijk aanvallen, maar degenen die haar van binnenuit verzwakken door haar boodschap onduidelijk te maken. Gelukkig was en is er nauwelijks belangstelling voor deze schertsvertoning. Jongeren die zich melden in onze Kerk hebben er werkelijk geen enkele belangstelling voor. Zij willen Christus leren kennen, de waarheid ontdekken, goede liturgie vieren. Het komt wel goed.
 
Februari 2025
+Rob Mutsaerts